Zorginstellingen onder voorwaarden vrijgesteld van vennootschapsbelasting

20 februari 2023
Artikel

Ee bestaat een aantal subjectieve vrijstellingen in de vennootschapsbelasting. Eén van deze vrijstellingen is de zorgvrijstelling voor zorginstellingen.

Portretfoto van Rolf Brouwer
Rolf Brouwer Senior belastingadviseur
Arts leest artikel over vrijstelling vennootschapsbelasting voor zorginstellen op tablet

Zorgvrijstelling vennootschapsbelasting

Om in aanmerking te komen voor deze zorgvrijstelling, moet de zorginstelling belastingplichtig zijn voor de vennootschapsbelasting. Voor een stichting of vereniging betekent dit bijvoorbeeld dat eerst moet zijn vastgesteld of deze een onderneming drijft of concurreert met belaste ondernemers. 

Voorwaarden vrijstelling vennootschapsbelasting

Is er sprake van vennootschapsbelastingplicht, dan kunnen zorginstellingen onder voorwaarden zijn vrijgesteld. Hiervoor gelden twee eisen, namelijk de winstbestemmingseis en de werkzaamhedentoets.

Winstbestemmingseis

De winstbestemmingseis houdt in dat de zorginstelling haar winst uitsluitend mag aanwenden voor eigen zorgactiviteiten of het algemeen belang. Hiervoor zijn onder meer de (liquidatie-)winstbestemmingsbepalingen in de statuten van de zorginstelling van groot belang. 

Het verwerven of houden van een deelneming of het verstrekken van een lening leidt niet tot strijdigheid met de winstbestemmingseis. Voorwaarde is wel dat de activiteiten van de deelneming of de geldontvanger zorgactiviteiten zijn, het algemeen belang dienen of daaraan ondersteunend zijn.

Werkzaamhedentoets

De tweede eis voor de toepassing van de zorgvrijstelling in de vennootschapsbelasting is de werkzaamhedentoets. Dit houdt in dat de werkzaamheden voor ten minste 90% moeten bestaan uit ‘het genezen, verplegen of verzorgen van zieken, kraamvrouwen, mensen met een verstandelijke of lichamelijke beperking, wezen of ouderen die niet zelfstandig kunnen wonen’. Die activiteiten moeten bovendien collectief worden gefinancierd, bijvoorbeeld door het basispakket van de zorgverzekering. Mensen met een gediagnostiseerde psychische beperking kunnen ook tot de genoemde doelgroepen worden gerekend. 

Uitzonderingen die niet in aanmerking komen voor zorgvrijstelling

Niet alle vormen van zorg die voldoen aan het hierboven genoemde uitgangspunt komen in aanmerking voor de zorgvrijstelling vennootschapsbelasting. Medicijnverstrekking door apotheken bijvoorbeeld valt niet onder de zorgvrijstelling. Dit geldt ook voor apotheken die in een gezondheidscentrum of ziekenhuis zijn gevestigd. Ook werkzaamheden die zijn gericht op de preventie van ziekten vallen in principe niet onder het begrip ‘genezen, verplegen en verzorgen’ in de zin van de zorgvrijstelling. Ook de werkzaamheden van arbodiensten en re-integratiebedrijven of het bieden van een passende werkzaamheid aan mensen met een beperking vallen hierbuiten en komen dus niet in aanmerking voor zorgvrijstelling. 

Thuiszorgorganisaties

De werkzaamheden van thuiszorgorganisaties zijn vaak ruimer dan ‘het genezen, verplegen of verzorgen’. Thuiszorgorganisaties voldoen daarom niet per definitie aan de voor de zorgvrijstelling geldende werkzaamhedeneis. 

Medische laboratoria

De vraag is of de diagnostische werkzaamheden van een verzelfstandigd medisch laboratorium voldoen aan de werkzaamhedeneis. Bepaalde werkzaamheden wel, maar er zijn ook activiteiten die niet kwalificeren voor de zorgvrijstelling en hierdoor een bedreiging vormen voor het minimumaandeel van 90% aan zorgactiviteiten. Activiteiten die niet kwalificeren voor de zorgvrijstelling in de vennootschapsbelasting zijn onder meer diagnostiek voor derden (verzekeringsmaatschappijen, sportmedische centra, bedrijven) en voor niet-medisch noodzakelijke behandelingen zoals cosmetische ingrepen.

Zelf verrichten van werkzaamheden

De zorgwerkzaamheden moeten door de instelling zelf worden verricht. Het is geen vereiste dat alle zorgverleners in loondienst zijn. Inhuur van personeel is dus mogelijk, als deze inhuur plaatsvindt vanuit de instelling zelf. Het slechts vervullen van een bemiddelende of ondersteunende rol is geen kwalificerende werkzaamheid. Ook administratieve en organisatorische werkzaamheden die voortvloeien uit zorgwerkzaamheden vallen niet  onder de zorgvrijstelling als de zorgwerkzaamheden niet door de instelling zelf worden verricht. Dit betekent bijvoorbeeld dat een topstichting waarin slechts bestuurlijke activiteiten zijn ondergebracht, niet voldoet aan de werkzaamhedeneis.

Alles of niets-vrijstelling

De zorginstelling moet nagenoeg uitsluitend – oftewel: voor ten minste 90% – zorgwerkzaamheden verrichten om te kunnen voldoen aan de werkzaamhedeneis. Houdt de zorginstelling zich voor meer dan 10% bezig met andere werkzaamheden, dan is de instelling volledig belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. De zorgvrijstelling is dan ook een ‘alles of niets’-bepaling. 

De zorginstelling mag zelf een logische maatstaf voor het 90%-criterium bepalen, zoals omzet, zorguren of het aantal fte’s. Uitgangspunt is wel dat het meest voor de hand liggende of passende criterium wordt toegepast.

Meer weten?

Wilt u meer informatie over zorgvrijstelling in de vennootschapsbelasting? Neem contact op met Rolf Brouwer, senior belastingadviseur, via e-mail.

Wilt u meer weten over vrijstelling in de vennootschapsbelasting? Onze specialist helpt u graag verder!

E-mail Rolf
Volg ABAB op LinkedIn

Volg ABAB op LinkedIn

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws via onze LinkedIn pagina
Volg ons nu
Aanmelden nieuwsbrief

Aanmelden nieuwsbrief

Altijd op de hoogte van het laatste nieuws
Meld je direct aan