De pensioenwetgeving (wtp): wat tot nu toe bekend is
De Wet toekomst pensioenen (wtp) is misschien wel de grootste wetswijziging van het moment. Recent is de nieuwe pensioenwet in het wetgevingsoverleg besproken. We lichten een paar punten uit die ter sprake gekomen zijn.


De nieuwe pensioenwet in het kort
Nu kunt u met uw werknemer afspreken dat deze op de pensioendatum recht heeft op een bepaald bedrag aan pensioenuitkering (middelloon- of eindloonregeling). In de toekomst gaat de afspraak altijd over de premie inleg. Met deze premie bouwt iedereen een kapitaal op. Het premiepercentage is een vast percentage voor iedere leeftijd. Het kapitaal wordt belegd tot de pensioendatum. Op de pensioendatum wordt daarvan de pensioenuitkering ‘aangekocht’.
Lees meer over de nieuwe pensioenwet en de gevolgen voor de verzekerde regeling in het whitepaper ‘Pensioenakkoord: de gevolgen voor de verzekerde regeling’.
Nog geen berekeningen over nieuwe economische scenario’s
Minister Schouten heeft een commissie ingesteld die de opdracht heeft om nieuwe economische scenario’s en overige parameters aan te leveren. De commissie heeft dit nog niet aangeleverd. Voorafgaand aan de behandeling is er twee keer voorgesteld om de wetgeving nog niet te behandelen, zolang de parameters niet beschikbaar zijn. Dit voorstel is twee keer afgewezen. Verschillende fracties geven desondanks aan het belangrijker te vinden om de wetgeving goed te behandelen, dan snel te handelen.
Verdelen van een pensioenaanspraak naar een pensioenkapitaal
Veel vragen gaan over het invaren. In de Wet toekomst pensioenen is opgenomen dat pensioenfondsen de pensioenaanspraken omzetten naar een pensioenkapitaal. Het is een expliciete doelstelling van de wetgeving dat hiermee een koopkrachtbestendiger pensioen wordt bereikt. Eerdere berekeningen die de koopkrachtbestendigheid bevestigden, werden in het debat ter discussie gesteld. De huidige inflatie is niet in de scenario’s opgenomen. De inflatie is in de meest recente 10.000 scenario’s maximaal 6%, waardoor een inflatie van 13% niet vertegenwoordigd is in de scenario’s.
Het verdelen van de pensioenaanspraak naar een pensioenkapitaal moet evenwichtig gebeuren. Diverse fracties spraken hun zorgen uit over het niet definiëren van wat evenwichtig invaren betekent. Er zijn suggesties gedaan om minimale vereisten hiervoor vast te leggen.
Geen individueel bezwaarrecht
Een individu kan zich niet verzetten tegen het besluit van de sociale partners. Diverse fracties vinden het zorgelijk dat er op individueel niveau slechts een ‘hoorrecht’ is en geen individueel bezwaarrecht. De reden die hiervoor wordt aangedragen, is dat de sociale partners de individuen representeren. Ieders belang zou daarmee moeten worden verdedigd. Men wil geen situatie creëren waarin een relatief klein percentage tegen kan stemmen, waardoor het beleid niet kan worden aangepast op de nieuwe wetgeving.
Compensatie bij verzekerde regeling
Wanneer u met een verzekerde regeling over wil gaan naar een nieuwe pensioenovereenkomst voor al uw werknemers, vindt de compensatie waarschijnlijk plaats in het loon en niet in pensioen. Er zijn vragen gesteld of werknemers die recht hebben op compensatie hierdoor niet alsnog te weinig pensioen opbouwen.
Werkenden die geen pensioen opbouwen
Een doelstelling van het Pensioenakkoord is dat meer werkenden pensioen opbouwen. Er zijn nog veel werkenden, waarvan een overgroot deel zzp’ers, die geen pensioen opbouwen. Er zijn al enkele stappen gezet; een kortere wachttijd in de uitzendbranche en een proef met vrijwillige aansluiting bij pensioenfondsen voor zzp’ers. Toch zijn er nog steeds maatregelen die de wetgever in kan voeren om meer werkenden pensioen op te laten bouwen. Welke maatregelen hierin effectief kunnen zijn, blijft een punt van discussie. Tot op heden is hier geen consensus over bereikt.
Uniform nabestaandenpensioen
Er is tevredenheid geuit over de standaard omschrijving die er komt voor wie de partner is. Er zijn vragen gesteld over dekking voor nabestaandenpensioen bij arbeidsongeschiktheid. Daarnaast wordt er ingegaan op de periode na uitdiensttreding, waarbij geen nieuw dienstverband wordt aangegaan. Nu is in de wetgeving opgenomen dat de werknemer voor drie maanden verzekerd blijft, waarna de werknemer jaarlijks een keuze kan doorgeven om het nabestaandenpensioen verzekerd te houden.
Vervolg wetgevingsoverleg
Een tweede wetgevingsoverleg vindt donderdag 15 september plaats. In dit overleg reageert de minister op vragen. Het overleg vindt plaats van 10.00 tot 18.00 uur en is online of fysiek toegankelijk om te volgen.
Meer weten?
Heeft u vragen over de Wet toekomst pensioenen of wilt u meer weten over de nieuwe pensioenwetgeving? Onze pensioenadviseurs informeren u graag. Neem contact op met Petra Bitter, pensioenadviseur, via telefoonnummer 013-4647255 of stuur Petra een e-mail.